Woningcorporaties kunnen niet op eigen houtje uit het publieke bestel stappen om als gewoon bedrijf door te gaan. Dat heeft minister Ella Vogelaar donderdag gezegd. "Daar voorziet de wet niet in”, aldus de bewindsvrouw.

Vogelaar reageert hiermee op de wens van woningcorporatie De Veste uit Ommen en Woningstichting Den Helder om het bestel te verlaten. De twee sociale huisvesters zijn ontevreden over de aankondiging dat zij winstbelasting moeten gaan betalen.

De bewindsvrouw gaat niet in op de wens van corporaties om uit te treden omdat de sociale woningbouw voor minderbedeelden daarmee onder druk komt te staan. Een brede meerderheid in de Tweede Kamer steunt haar daarin.

Geen poot om op te staan
Verschillende fracties zijn er echter minder zeker van dat de afvallige woningcorporaties geen poot hebben om op te staan. De SP en GroenLinks eisen dat de wet zo snel mogelijk wordt aangepast omdat zij er niet zeker van zijn dat uittreding niet mogelijk is. ,,De wet is zo lek als een mandje”, aldus SP'er Paulus Jansen.

Vogelaar is echter ‘erg zelfverzekerd’ en stelt dat alleen zij naar de rechter kan stappen met het verzoek om een corporaties uit het stelsel te zetten. De wet voorziet daarin als woningcorporaties "niet handelen in het belang van de volkshuisvesting''.

Aftrekposten
De Veste uit Ommen en Woningstichting Den Helder willen uittreden omdat zij denken als gewone onderneming beter aan hun verplichting te kunnen voldoen om sociale woningen te bouwen en te verhuren. Als bedrijf kunnen zij namelijk meer aftrekposten opgeven bij de Belastingdienst.