De Groene Zaak heeft vandaag een ‘vakantiepocket’ verspreid onder alle leden van de Eerste en Tweede Kamer. Ze acht dit ‘verplichte’ of beter gezegd ‘wenselijke kost’ voor het zomerreces. In dit boekje wordt een helder beeld geschetst van ondernemen in de Groene Economie.

Het ondernemersplatform doet dit als een van haar initiatieven in de verkiezingsperiode, om daarmee de Haagse politiek aan te zetten tot een nieuwe kijk op economische verduurzaming als meest zekere weg uit de crisis. 

Het boekje met de titel ‘Zakendoen in de Groene Economie – zeven succesfactoren voor duurzaam ondernemen’ is geschreven door DGZ-directeur Marga Hoek met medewerking van hoogleraar Jan Jonker.
Anders dan veel andere publicaties staat niet de transitie naar een Groene Economie centraal, maar wordt een beeld geschetst van een Groene Economie in werking waarin bedrijven een gezond financieel rendement in balans brengen met ecologisch en sociaal maatschappelijk verantwoord handelen. Bijzondere aandacht is er voor de nieuwe ‘spelregels’ die dan nodig zijn van de kant van de overheid.

Auteur Marga Hoek: “We beschrijven een nieuw economisch spel en die nieuwe spelregels die dan gelden. Veel duurzame koplopers doen hun best dat nieuwe spel nu ook al te spelen, maar worden nog te vaak geconfronteerd met de regels van het oude spel. Zoals: hoe meer energie je verbruikt, hoe minder belasting je betaalt. Of: verbranden van afval is goedkoper dan het opnieuw inzetten van de grondstoffen.
In ons boekje zie je letterlijk voor je hoe de economie functioneert als dat soort niet-duurzame mechanismen niet langer bestaan. Naast onze –inmiddels veel gelezen en besproken- verkiezingspaper vonden we het cruciaal Kamerleden de mogelijkheid te geven letterlijk te ervaren hoe onze ondernemers innoveren in praktijk. En wat zij, deze verkiezingen, nodig hebben van de overheid om verder te kunnen.”

Belangrijke bijdrage
Volgens De Groene Zaak is de publicatie ‘verplichte kost’ voor zowel ondernemers als politici. “Voor de eerste groep omdat het de huidige positie van hun eigen organisatie in het economisch verkeer ter discussie stelt, en in zekere zin de weg wijst naar een meer duurzame BV Nederland. Voor de tweede groep omdat juist zij een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan de noodzakelijke verduurzaming. Want enkel met hulp van een overheid die zorgt voor de juiste randvoorwaarden komt die Groene Economie er.”