Duurzame scholen: meervoudig programmeren in de praktijk

Met vier scholen op één onderwijscampus was Instelling Voortgezet Onderwijs Deurne (IVO Deurne) altijd al een voorbeeld van samenwerking en inventiviteit. Het werd nog meer bijzonder toen twee van deze scholen, samen met het bureau bedrijfsvoering, in één nieuw gebouw werden gehuisvest. 

Een jaar na oplevering blikt HEVO terug op het proces en vooral het resultaat. Want de realisatie van deze nieuwbouw in Deurne laat zien hoe je met meervoudig programmeren en een activiteitgericht ontwerp veel synergie en kostenbesparingen kunt bereiken.

In de nieuwbouw zijn het Alfrinkcollege en het Sprongcollege gehuisvest. Het Alfrinkcollege is een school voor 600 mavoleerlingen (gemengde en theoretische leerweg) en het Sprongcollege is een school voor praktijkonderwijs met 100 leerlingen. Daarnaast is een deel gereserveerd voor docenten en de staf. Voorheen waren er drie afzonderlijke gebouwen. Deze voldeden niet meer aan de eisen van modern onderwijs. Daarnaast waren de oude gebouwen slecht geïsoleerd en qua techniek niet meer up-to-date. De andere twee scholen op de campus, een vmbo en een havo/atheneum/gymnasium, hadden in de afgelopen vijftien jaar al nieuwe gebouwen gekregen.

Minder ruimte, meer rust

“Als we elkaar een jaar na oplevering aankijken en nog steeds tevreden zijn met het resultaat, dan kunnen we zeggen dat we het echt goed hebben gedaan.” Aan het woord is Eric Hoogland, procesmanager huisvesting vanuit scholenvereniging Ons Middelbaar Onderwijs (OMO), onder deze grote bestuursorganisatie vallen tientallen scholen. Eric benadrukt het belang van goede samenwerking, waarbij de traditionele rollen van opdrachtgever, gebruiker en opdrachtnemer minder relevant worden. "Als de samenwerking goed is, denk je vanuit één gemeenschappelijk belang: de school en haar leerlingen."

Intussen is het nieuwe gebouw al een heel jaar in gebruik. En eigenlijk durft Willem Bierings, facilitair manager van de campus, nu al de conclusie te trekken dat de nieuwbouw bijzonder geslaagd is. “In vierkante meters zijn we flink teruggegaan”, legt hij uit. “Maar op de één of andere manier is het veel rustiger geworden. Dat komt niet alleen door de gebruikte geluiddempende materialen, maar ook door de goed doordachte indeling. De praktijklokalen zijn allemaal op de begane grond gesitueerd, de leslokalen op de tweede verdieping, net als de kantoorruimten van de docenten en de staf. Doordat de twee scholen rug aan rug zijn gebouwd, met ieder een eigen ingang, hebben ze toch hun eigen identiteit in het geheel.”

Vlnr: Eric Hoogland, Willem Bierings, Linda Kröse

Trend meervoudig programmeren

Linda Kröse was bij de nieuwbouw betrokken als projectmanager vanuit HEVO, een organisatie voor advies en bouwmanagement die bij veel vergelijkbare trajecten in het hele land betrokken is. Bij dit nieuwbouwtraject hielp HEVO met het opstellen van het Programma van Eisen, de ontwerpfase en architectenselectie en de bouwbegeleiding. Linda heeft vanuit haar functie in verreweg de meeste van haar projecten te maken met meerdere scholen of schoolfuncties die bij nieuwbouw op zoek gaan naar samenvoeging, slimme functiecombinaties en kostenbesparingen. “Meervoudig programmeren is een term die breed wordt gebruikt, en waar soms verschillende definities aan worden gegeven”, legt zij uit. “Maar desalniettemin denk ik dat je gerust kunt stellen dat het een trend is die we in het hele land terugzien als het gaat om onderwijshuisvesting.”

“Bij de nieuwbouw van het Alfrinkcollege en het Sprongcollege had meervoudig programmeren zeker met kostenbesparing te maken”, merkt Willem op. “Maar het gaat veel verder dan dat. Het gaat ook om het feit dat je met meerdere typen onderwijs op hetzelfde terrein zit. Dat je met alle verschillende leerlingen van hetzelfde terrein gebruik maakt en elkaar kunt ontmoeten op het sportveld dat het nieuwe hart is van deze campus. Dat de leerlingen van het praktijkonderwijs betekenisvol kunnen leren door bijvoorbeeld de interne post van de hele campus te verzorgen. Of door de voorraden koffie en soep voor alle scholen op de campus te verzorgen.” “In zekere zin gaat het zelfs over het verminderen van segregatie”, voegt Linda eraan toe. “Gewoon, doordat je met meerdere scholen samenwerkt en samen bent. Dat je deel uitmaakt van een groter geheel.”

Kostenbesparing en synergie

Meervoudig programmeren dus als methode voor kostenbesparing en synergie in de meest brede zin van het woord. “Maar kostenbesparing en synergie gaan vaak samen”, weet Linda. “Daar waar de schaarste het hoogst is, zijn inventiviteit en innovatie vaak ook het grootst. Om hetzelfde onderwijsaanbod te kunnen blijven aanbieden, moeten scholen blijven zoeken naar meervoudig gebruik van gebouwen, diensten en faciliteiten.” 

Doordat de vier scholen in Deurne op één campus functioneren, ontstaan er voordelen zoals een flexibel gebruik van ruimten. Als één school zou krimpen, en een andere school juist zou groeien, dan kun je met het flexibele ontwerp van deze nieuwbouw ruimten anders gebruiken. Bij uitval van docenten of stafleden kun je makkelijker voor vervanging zorgen. En door gezamenlijk faciliteiten zoals het sportveld, praktijklokalen, fietsenstallingen, buitenruimte etc. te gebruiken, verminder je automatisch de beheerkosten. Daarnaast bevordert de aanwezigheid van vier typen onderwijs op dezelfde campus ook de doorstroom van de ene school naar de andere. Willem licht toe: “Als iemand hier vanuit het vmbo naar de mavo wil, of van de mavo naar de havo, dan zien we bijna altijd dat diegene dat hier op de campus zelf doet. Het is bekend terrein, een vertrouwde omgeving, het nodigt uit.”

Naar meervoudig gebruik

“Toch betekent de aanwezigheid van meerdere scholen op hetzelfde terrein nog niet automatisch dat je ook alle mogelijke synergie bereikt”, weet Eric uit ervaring. Het gaat er ook om wat docenten, staf en directie uit de potentiële kansen weten te halen. Hij noemt de campus van IVO Deurne daarmee als goed voorbeeld. “Voorheen stonden hier weliswaar vier scholen op hetzelfde terrein. Maar we zagen ook vier schoolgebouwen die nog redelijk naar binnen gericht waren. Overal op het terrein stonden hekken. In feite waren de scholen nog gescheiden organisaties. Aansluitend aan de nieuwbouw van het Alfrinkcollege en het Sprongcollege zijn we daarom gestart met het grondig herontwerpen van de buitenruimte voor meervoudig gebruik. De hekken zijn weg, de ruimte is geopend voor meervoudig gebruik en dat werkt.” 

Een activiteitgericht ontwerp is daarbij iets dat zowel buiten als in binnen duidelijk zichtbaar wordt. Overal hebben leerlingen en stafleden keuzemogelijkheden uit verschillende plekken om te werken, te leren of te pauzeren. ”De nieuwe aula’s zijn hier een goed voorbeeld van”, vindt Linda. “Leerlingen kunnen op de trap zitten, op een van de zitjes, aan de hangtafels.” Maar ook de ruimten voor de docenten en staf zijn ingrijpend veranderd. Willem: “In de oude situatie had iedereen zo’n beetje een eigen kantoor. In dat kantoor kon je mensen ontvangen, vergaderen, werken. In de nieuwe situatie zijn we overgegaan naar kleine kantoortuinen en hebben we afzonderlijke vergaderruimten en concentratieplekken ingericht. Eerst wilde niemand deze verandering. Maar nu wil niemand meer terug naar de oude situatie.”

"Bouwen is leuk"

Om tot dit resultaat te komen moest er veel werk worden verzet. Willem, Eric en Linda kijken er glimlachend op terug. Toen gestart werd met de nieuwbouw, begon de oorlog in Oekraïne. Het leidde tot forse verhogingen in materiaalprijzen en energiekosten. “We hebben echt heel wat doorgemaakt”, aldus Eric. Om er meteen aan toe te voegen: “Maar ondanks de nodige tegenslagen, denk ik dat we met onze samenwerking tussen school, bestuurslaag en projectmanagementbureau een unieke samenwerking hebben gevonden die je eigenlijk iedereen zou gunnen. Een samenwerking die er steeds op gericht is om een volgend project tot een nóg beter resultaat te brengen dan het vorige. En als alle betrokkenen er zo in staan, dan is bouwen een van de leukste dingen die er is.”

Deel dit artikel

permalink